De getoonde data in het dashboard is een verzameling van relevante indicatoren voor het NAL programma Slim Laden voor Iedereen. De lijst van indicatoren is samengesteld in overleg met een representatie afvaardiging van relevante partijen in de markt van het opladen van elektrische voertuigen.
Doel
De doelstelling van dit dashboard is een overzicht te bieden in de voortgang van het Slim Laden voor Iedereen dashboard. Door de diverse aspecten in kaart te brengen kan beter worden geïdentificeerd welke aspecten wel of niet op schema liggen voor de brede doelstelling van 60% slim laden.
Dataverzameling
Data wordt uit diverse bronnen verzameld en per figuur wordt aangegeven wat de diverse bronnen zijn. Per punt worden de databronnen hieronder besproken. Afhankelijk van het type datapunt wordt de monitoring per kwartaal, halfjaarlijks of per jaar geüpdatet.
Ontwikkeling
Deze monitor is opgezet met de nu beschikbare data punten. In de toekomst wordt dit nog uitgebreid om zo een beter en completer beeld van de voortgang en impact van slim laden te tonen.
Meer over het programma slim laden kunt u vinden in het actieplan slim laden voor iedereen of op de webpagina.
Bronnen
NAL-regio’s
De NAL-regio’s zijn in grote mate verantwoordelijk voor de uitrol voor publieke laadpalen in Nederland. Onder de concessies die deze regio’s uitgeven vallen meer dan 95% van de publieke laadpalen. De NAL-regio’s worden elk half jaar bevraagd om inzicht te geven over de operatie van de publieke laadpalen en in welke mate deze al slim laden. Momenteel is deze data namelijk nog van onvoldoende kwaliteit om uit OCPI data te halen. NAL-regio’s geven ook inzicht in het aantal partijen dat biedt op concessies waarin slim of netbewust laden wordt verplicht om zo overzicht te behouden over de aantrekkelijkheid van slim laden voor CPOs.
Monitor Duurzame mobiliteit
Vanuit de al bestaande monitoren worden de aantallen laadpunten per type (publiek, semi-publiek, thuis) opgehaald en het aantal elektrische voertuigen in Nederland. Deze dienen als referentie om de percentages slim laden te halen. Het aantal elektrische voertuigen wort gebruikt voor het berekenen van de totale en piek laadvraag van het laden.
Charge Point Operators
Data van charge point operators wordt gebruikt om inzicht te krijgen in het aandeel slim laden bij semi-publieke laadpunten. Momenteel is deze data namelijk nog van onvoldoende kwaliteit om uit OCPI data te halen. CPOs Vattenfall en Equans worden hierover elk half jaar bevraagd. Deze vertegenwoordigen een representatieve sample uit alle semi-publieke laadpalen.
Enquête onder EV-rijders
Het Nationaal laadonderzoek wordt jaarlijks uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de Vereniging Elektrische Rijders, ElaadNL en de Rijksuniversiteit Groningen. Het onderzoek telt enkele duizenden respondenten, de inzichten worden gebruikt om de kwaliteit van het laadnetwerk te kunnen onderbouwen. Uit deze enquête wordt met name inzicht gegenereerd in welke mate EV-rijders op private laadpalen slim laden en in welke mate deze laadpalen hiervoor geschikt zijn. Ook wordt veelgenoemde barrières uit deze enquête gehaald. De enquête wordt 1 maal per jaar uitgevoerd. Daar waar de vraagstelling gelijk is gebleven worden resultaten uit vorige jaren getoond.
Autoriteit Consument en Markt
De monitor consumenten energie wordt gebruikt om inzicht te krijgen in het aantal dynamische energiecontracten. Deze wordt vergeleken met resultaten uit het Nationaal laadonderzoek. Data wordt elk kwartaal uit deze monitor opgehaald.
Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur
Het NKL voert elke twee jaar een service benchmark uit. Hierin wordt ook gemeten in welke mate het duidelijk is dat er wordt slim geladen en of het voor de gebruiker mogelijk is om input te leveren.
Hogeschool van Amsterdam
De Hogeschool van Amsterdam heeft toegang tot veel publieke laaddata. Hierdoor kan een aantal data punten rondom het gebruik van laadpunten worden opgehaald zoals het potentieel van de flexibiliteit (verhouding laden/verbonden). De verhouding in gebruik van diverse soorten laadinfrastructuur. Percentage laadsessies dat binnen het SLVI programma valt (>4 uur). Uit modellen ontwikkeld in het Simulaad onderzoek wordt de piekcapaciteit berekend. Deze wordt gebruikt in combinatie met onderzoek van Enpuls om zo de mogelijke besparingen op netinvesteringen te berekenen. Zoals blijkt uit het onderzoek van Enpuls worden alleen laadsessies die netbewust zijn meegenomen in deze berekening. Prijsbewust laadsessies dragen hier niet direct aan bij.
Netbeheerders
Slim laden heeft met name impact op de laagspanningskabels en middenspanningsinstallaties. Netbeheerders worden bevraagd over het aantal en percentage middenspanningsinstallaties dat bemeten is. Dit maakt mogelijk dat er slim netbewust wordt geladen. Hier wordt onderscheid gemaakt in het totaal aantal installaties, installaties waarbij dit nodig wordt geacht en in welke mate dit is gerealiseerd. Momenteel wordt de data alleen door Alliander aangeleverd. In de toekomst wordt dit uitgebreid voor een grotere dekking. Data wordt elk half jaar opgehaald.
Aanbieders dynamische contracten
Om het prijsverschil tussen slim en regulier laden in de privésituatie te tonen, wordt gebruik gemaakt van data van ANWB elektrisch. ANWB elektrisch is de grootste aanbieder van dynamische contracten in Nederland. Uit een jaarlijkse rapportage worden de kosten met elkaar vergeleken.
Prijsverschil publiek laden
Omdat slim laden op publieke laadpalen nog niet op grote schaal wordt geprijsd, worden hiervoor resultaten uit kleinschalige proeven (FLEET Utrecht) gebruikt. Dit wordt in de toekomst verder ontwikkeld indien dit op grotere schaal wordt uitgerold.