U bent lid van de stuurgroep van de NAL-regio Oost. Waarom eigenlijk?
‘Ik ben meer dan twee jaar geleden wethouder geworden. Ik ben gevraagd, onder andere omdat de portefeuilles die op tafel lagen bij mij paste. Ik heb wel een mening over bereikbaarheid, Druten-Nijmegen is daar een voorbeeld van. Maar ook over duurzaamheid heb ik wel een mening …ik ben wel iemand die vindt dat je op een gegeven moment moet kijken hoe je duurzaam omgaat met deze wereld. De stuurgroep van NAL regio Oost past daar heel goed bij natuurlijk. Onze laadinfrastructuur is een heel belangrijk onderdeel van de transitie naar een duurzamere wereld. Als wethouder zet ik me hier graag voor in, niet alleen in Druten maar eigenlijk overal in onze regio waar er vragen zijn en ik iets kan betekenen.’
Hoe zet u zich hiervoor in?
‘Eigenlijk heel breed. Voor zowel het personenvervoer als de logistieke bedrijven. Zo heb ik laatst bij Huisman Transport in Druten aanwezig mogen zijn bij het in gebruik nemen van de eerste elektrische trekker (vrachtwagen) in de regio. Prachtig om te zien hoe een familiebedrijf dat al bijna 100 jaar bestaat, deze stap naar verduurzaming maakt! Maar ik zet me ook graag in voor het doelgroepenvervoer, wat veelal door vrijwilligers bemand wordt die zelf niet altijd ervaring hebben met elektrisch rijden. Dan is het goed om een praktische vertaling te maken.Op het industrieterein waar Huisman zit zijn wij aan het kijken bij welke ondernemers nog een overschot aan energie zit om bijvoorbeeld de vrachtwagens te laden of een laadplein te maken.'
De vrijwilligers van het doelgroepenvervoer wijzen wij op de opties die er zijn om het busje op te laden. Je kan gewoon via een app kijken bij welk buurthuis je wil opladen, en dan kan je ook gewoon je eigen auto daar laten staan terwijl je met het busje op weg gaat. Dat maakt de stap een stuk makkelijker. Er is vaak angst bij mensen omdat ze niet weten waar ze in terecht komen, en dat is helemaal niet nodig. Hier in Druten heb ik later nog gecheckt hoe het nou gegaan is, die overgang.. en dit bleek helemaal probleemloos te zijn verlopen.’
Ziet u nog verschil tussen platteland en stedelijk gebied?
‘Omdat het openbaar vervoer in kleine steden minder goed is, vind ik het extra belangrijk dat mensen zich bewust worden van de kansen die er zijn op het gebied van elektrisch vervoer. Dat ook mensen die net aan hun eerste (elektrische) auto beginnen, informatie krijgen over waar er laadpunten zijn te vinden in hun omgeving en hoe makkelijk dit werkt. Er worden soms veel beren op de weg gezien, die er eigenlijk helemaal niet zijn. Maar zonder de juiste informatie is het moeilijk om aan iets nieuws te beginnen. Dat is met alles zo, bij elke transitie is eerst een vorm van chaos en zo is het ook met de energietransitie. Het vereist wel even om anders te gaan denken over hoe je alles inricht, maar het levert je uiteindelijk zoveel voordelen op dat het de moeite wel waard is.’
Ziet u dat ook als een belangrijke rol in deze fase van de verduurzaming van mobiliteit? Een toegankelijke ambassadeur zijn, die de brug maakt van beleidstaal naar praktische tips?
‘Ja ik denk dat dit heel belangrijk is nu. De taal die vanuit de overheid gebezigd wordt, is soms erg abstract en voorbeelden maken het voor mensen gewoon een stuk toegankelijker. Ik ga ook langs bij andere gemeenten als daar vragen zijn over het ontwikkelen van de infrastructuur. Mensen kunnen met mij ook gewoon in gesprek gaan over de praktijk en dat helpt enorm. En ik leer er zelf ook veel van, als je weet waar mensen tegenaan lopen of onzeker over zijn, kan je daar actief een rol in pakken en niet alleen op beleidsniveau bezig zijn.’
We hebben in toenemende mate te maken met netcongestie, wat voor invloed heeft dit op de infrastructuur van laden?
‘We zijn aan steeds verder aan het ontwikkelen en ik denk dat het heel goed is dat we continue blijven kijken naar de beste oplossing van dat moment. Onze laadinfrastructuur is heel belangrijk, en in de toekomst kan Slim Laden ons helpen bij het bewaken van de overbelasting van het net. Maar ik kijk ook heel praktisch naar welke oplossing soms het meest geschikt is. Voor vervoer over water bijvoorbeeld kan waterstof een grotere rol gaan spelen, vanwege de grote energiedichtheid. Daardoor kan er in een tank veel worden opgeslagen waardoor het schip lange afstanden kan overbruggen. Zo versterk je via verschillende middelen de energietransitie door open te blijven kijken naar alle opties die er zijn.
Maar ook voor het elektrisch laden van vrachtwagens zijn oplossingen. Zo sprak ik onlangs een ondernemer met een groot aantal tankstations. Deze weet met batterijopslag de piekmomenten die er zijn bij het laden van vrachtwagens op te vangen en kan de batterij opgeladen worden op momenten er geen vrachtwagen staat te laden. Ondernemers zoeken vaak zelf naar oplossingen. Als je deze weet, kan je daar andere ondernemers mee over de streep helpen.‘