Omdat gemeenten de regierol hebben bij het lokaal uitvoeren van de NAL, worden ze ondersteund door projectorganisaties die ingericht zijn op basis van samenwerkingsregio’s. Elke projectorganisatie bestaat uit een bestuurlijk vertegenwoordiger (gedeputeerde/wethouder), een ambtelijk vertegenwoordiger (van de provincie of gemeente) en een projectteam. De projectorganisaties stellen ieder een plan van aanpak op waarin de verschillende onderwerpen uit de NAL zijn opgenomen.
De projectorganisaties hebben enerzijds nauw contact met de gemeenten waar een groot deel van het uitvoerende werk plaatsvindt en zorgen anderzijds dat informatie en producten vanuit de nationale acties ook bij de gemeenten landen. Daarnaast zullen zij in nauw contact staan met de netbeheerder(s) in de regio.
De samenwerkingsregio heeft een belangrijke functie in het uitwisselen van kennis en het stroomlijnen van het uitvoeringsproces. Voor de regionale projectorganisaties is een handreiking ontwikkeld voor het schrijven van het Plan van Aanpak. De Nationale Agenda Laadinfrastructuur ondersteunt weer de regio’s zo veel mogelijk met kennis en expertise opgedaan uit nationale acties.